Implantatie van stent Opnieuw openen van vernauwde arteriën

Als er bij u een coronaire of perifere hartaandoening is vastgesteld, kan uw arts ervoor kiezen om een stent in uw arteriën te implanteren. Ontdek hoe een stent plaatsen werkt, hoe het uw toestand kan verbeteren en wat er tijdens de procedure zal gebeuren.

Wat is het plaatsen van stents?

Het plaatsen van stents is een minimaal invasieve methode om vernauwde of geblokkeerde slagaders te behandelen. Dit is een standaardprocedure die wijdverbreid wordt gebruikt om coronaire en perifere aandoeningen te behandelen. Het doel van de procedure is een ongehinderde bloedcirculatie in de getroffen arteriën te herstellen. Het is een methode om een arterie permanent open te houden. Een stent is een kleine buis van gaas dat gemaakt is van nitinol, roestvrij staal of een legering van kobalt en chroom. Het plaatsen van stents wordt in een catheterisatielaboratorium ("cath lab") uitgevoerd onder een plaatselijke verdoving.

Geneesmiddelafgevende stents en resorbeerbare scaffolds

Afhankelijk van uw aandoening kan uw arts beslissen om geneesmiddelafgevende stents of resorbeerbare scaffolds te gebruiken.

Geneesmiddelafgevende stents voorkomen ontstekingen en/of restenose van de arterie door medicatie gedurende een bepaalde tijdsperiode af te geven. Deze zijn bijzonder efficiënt in gevallen van in-stent-restenose – wanneer het reeds gestente deel van de slagader weer vernauwd is.

Resorbeerbare scaffolds zijn andere hulpmiddelen om een coronaire hartaandoening te behandelen. Deze bestaan uit materiaal dat gedurende een bepaalde periode langzaam door het lichaam wordt opgenomen. De cardioloog implanteert het resorbeerbare skelet als een permanente stent. De resorbeerbare scaffold houdt het vat open en zorgt voor de toevoer van zuurstofrijk bloed naar de hartspier. Er is geen permanent implantaat dat een toekomstige ingreep zou kunnen belemmeren.

Alvorens de procedure

Als uw arts het plaatsen van een stent heeft aanbevolen, ontvangt u gedetailleerde instructies over hoe u zich op de ingreep moet voorbereiden. Uw cardioloog kan onder meer het volgende adviseren:

Om enkele dagen vóór de operatie te stoppen met het gebruik van bloedverdunnende medicijnen.
Om ongeveer 12 uur vóór de implantatie geen voedsel meer te nuttigen.
Als u regelmatig andere medicijnen gebruikt, vraag dan uw arts of u de medicatie moet blijven innemen vóór uw procedure.

Naast de informatie die uw zorgverlener u zal verstrekken, hebben wij veelgestelde vragen en een checklist samengesteld die u wellicht wilt bekijken en met uw arts kunt bespreken.

Smiling elderly woman with health care professional

Implantatieprocedure van de stent

Het plaatsen van een stent begint op dezelfde manier als ballonangioplastiek. Om bij het vaatstelsel van het hart te kunnen komen, maakt de arts een kleine insnede in de huid bij de liesstreek en plaatst hij een inbrengsluis: een buisje waardoor de ballon in de femorale arterie kan worden ingebracht. Om de stent in het vat te plaatsen, wordt deze op een ballonkatheter gemonteerd. Naarmate de ballon leegloopt, wordt de stent eromheen gevormd. Nadat de geleidedraad door de obstructie is geduwd, wordt de ballonkatheter met daarop de stent langs de geleidedraad naar het gewenste deel van het vat bewogen. Als de katheter goed is geplaatst, wordt de ballon opgeblazen. De opgeblazen ballon opent de stent tot deze tegen de vaatwand aankomt. Hoewel de stent permanent in het vat blijft, laat de arts de ballon leeglopen en haalt hij deze uit het lichaam. De arts verwijdert dan alle instrumenten en sluit de toegang tot het vaatstelsel voorzichtig af.

Graphic of what is required for a Scaffold to provide a vascular restoration therapy

Na de procedure

Afhankelijk van uw procedure blijft u na de implantatie van de stent enkele uren of zelfs een nacht in het ziekenhuis. Zodra u weer thuis bent, controleert u de insnijding op bloedingen, zwellingen en eventuele abnormale verkleuringen, en let u op ongebruikelijke pijn en temperatuurveranderingen op of nabij de incissieplaats. Een kleine blauwe plek nabij de incisieplaats is normaal. Mocht u overmatig bloeden uit de insnijding, neem dan contact op met uw arts.